‘Je merkt dat veiligheid meer leeft in de organisatie’ - Werken bij RPS

‘Je merkt dat veiligheid meer leeft in de organisatie’

‘je-merkt-dat-veiligheid-meer-leeft-in-de-organisatie’

‘Je merkt dat veiligheid meer leeft in de organisatie’

Posted on in Nieuws


Veilig werken staat voor steeds meer organisaties prominenter op de radar. Zo maakte RPS  de stap van trede 2 naar trede 3 op de Safety Culture Ladder. Daarmee heeft het bedrijf aangetoond dat een positieve veiligheidscultuur door al haar medewerkers wordt beleefd. Maar wat betekent dit dan concreet? Auditor Audry van der Sanden, productmanager Safety Culture Ladder bij Kiwa, geeft tekst en uitleg.

Auditor Audry van der Sanden, productmanager Safety Culture Ladder bij Kiwa.

Veilig werken betekent vooruitdenken, ongevallen voor zijn en waken over elkaars veiligheid. De Safety Culture Ladder, ook wel bekend als Veiligheidsladder, stimuleert bedrijven en hun leveranciers bewust veilig te werken. Audry van der Sanden heeft namens KIWA beoordeeld of RPS voldoet aan de eisen van de veiligheidscultuurladder trede 3. Het resultaat van deze twaalf mandagen tellende audit is positief uitgevallen.

Wat maakt nu het grootste positieve verschil bij de stap van trede 2 naar trede 3?

“Dat je je als organisatie kwetsbaarder opstelt en meer proactief handelt. Waar je in trede 2 gemiddeld als bedrijf pas handelt als er een probleem is dat opgelost moet worden, of als er dingen zijn misgegaan, neem je bij trede 3 nadrukkelijker je verantwoordelijkheid.”

“Je gaat van een reactieve organisatie naar een meer berekende organisatie. Daarmee maak je echt werk van veiligheid en gezondheid. Binnen alle geledingen van het bedrijf wordt dat een meer vast patroon. Je merkt dat veiligheid dan ook veel meer leeft binnen een organisatie.”

Waaruit proef je dat veiligheid veel meer leeft in een organisatie?

“Je voelt in de gesprekken aan dat medewerkers veilig werken belangrijk vinden. Je merkt het aan de cultuur en aan het gedrag. De gedragsregels komen nadrukkelijker naar voren. Dit krijgt op allerlei vlakken invloed. Zowel op de inhuur van mensen, de inkoop als de projectaanname. Je krijgt een consistenter beeld van het veiligheidsgedrag.”

Impressie van de Safety Culture Ladder.

Hoe zoek je dan naar de consistentie binnen je organisatie?

“Hiervoor steek je als het ware een satéprikker door de organisatie. Van directie tot aan de werkvloer. De directie kan immers wel iets roepen, maar je wil het werkelijk terugzien op de werkvloer. Hiervoor ga je in gesprek met de medewerkers. Is het een sociaal bedrijf? Dus, mogen de mensen zaken delen. Kan en mag ik alles melden? En wordt daar dan ook iets mee gedaan? Dat is uiteindelijk wat je wil bereiken.”

Blijft dat sec beperkt tot je eigen organisatie?

“Nee, zeker niet. Je merkt het ook in de keuze van bepaalde opdrachtgevers. Als die niet mee willen óf kunnen, dan worden daar consequenties aangehangen. Soms betekent dit zelfs dat een opdracht niet wordt aangenomen. Wat ik binnen RPS als organisatie heb beleefd, is dat men als het gaat om veilig werken meer in dialoog gaat met opdrachtgevers.”

“Dat komt ook omdat bedrijven in trede 3 veel meer kijken naar de keten als geheel. Met hun rol binnen de Safety Culture Ladder wil men er nadrukkelijker de verantwoordelijkheid in pakken. Dat is natuurlijk alleen maar toe te juichen. Want je hebt de hele keten nodig om tot een resultaat te komen.”

Als onder meer Rijkswaterstaat trede 3 verplicht stelt in 2024 voor het werken aan haar projecten. Wat is dan de meerwaarde van het behalen van trede 3 als je niet voor Rijkswaterstaat werkt?

“Laat ik voorop stellen dat het opjagen van de ladder in de basis nooit het middel is om op een bepaald veiligheidsniveau te komen. Niemand wil dat er een ongeval op het werk gebeurt. Dat betekent automatisch dat je intrinsieke motivatie om veiligheid op een bepaald niveau te brengen wordt gestimuleerd.”

Audry: “Wat ik binnen RPS als organisatie heb beleefd, is dat men als het gaat om veilig werken meer in dialoog gaat met opdrachtgevers.”

Sommige mensen classificeren de veiligheidsladder als managementspeeltje. Wat vindt u van deze gedachtegang?

“Je hoort weleens in de wandelgang van: ‘Als we een bepaalde trede niet hebben, dan mogen we niet meedoen aan aanbestedingen’. Tja, vul maar in. Is dit dan een intrinsiek vermogen om iets aan veiligheid te doen, of een intrinsiek vermogen om gewoon geld te verdienen?

“Ik zeg weleens sarcastisch: ‘iedereen heeft de Hogere Toneel School gedaan’ om sociaal wenselijke antwoorden te geven. Maar er zijn interviewtechnieken om daar doorheen te prikken. Als veilig werken niet binnen heel de organisatie wordt beleefd, dan is het altijd gedoemd om te mislukken. De spiegel die een organisatie dan terugkrijgt is dan ook niet altijd het beeld wat ze verwachten.”

Wordt de menselijke maat dan soms vergeten, omdat bedrijven te veel gefocust zijn om op een bepaalde trede terecht te komen?

“Je loopt dan al snel tegen de grenzen aan van wat medewerkers (aan)kunnen. Je hebt bedrijven die zeggen van: ‘Je moet een helm op’. Maar stel dat het veiligheidsniveau van een bedrijf al op zo’n hoog niveau zit en een medewerker geeft aan: ‘Ik moet het wel, maar ik sta hier midden in het veld en het is veertig graden. Daar word ik vermoeid van.’
Is die helm op dat moment dan wel de juiste veiligheidsmaatregel die je moet nemen? Nou, ik denk het niet. Risicosturend in plaats van opleggend sturend is soms helemaal niet verkeerd.”

“Al zijn sommige veiligheidsmaatregelen uiteraard regelgestuurd en daar ontkom je dus niet aan. Maar als mensen met elkaar in goed overleg hebben besloten dat ze dit veilig vinden, dan vind ik dat een hele proactieve reactie. Zolang er maar een dialoog is waarin je een bewuste afweging maakt van de risico’s in overleg met elkaar. Ik merk dat hoe hoger het niveau is, hoe beter je met elkaar de dialoog kunt voeren in het kader van de risicobenadering. Zolang je altijd maar met elkaar in dialoog blijft in alle omstandigheden.”

Het bericht ‘Je merkt dat veiligheid meer leeft in de organisatie’ verscheen eerst op RPS.